Wanneer alles diep van binnen pijn doet
En je alleen, tegenover je eigen beeld,
Ziet dat het vervormd is door onbekende spiegels
Wanneer de dingen voor je schaduw wijken
Wanneer je woord dat van een ander lijkt
En je hartslag uit je lichaam vlucht
Wanneer je handen ver van je weg zijn
En je de afdruk van je voeten niet herkent
Wanneer je het gezicht dat nadert bent vergeten
Wanneer je niets meer waarneemt dan dode buitenkant
Ga dan
Als de zalm
Tegen de stroom in
Met alle razernij van je woede
Wanhoop niet
Het water zal de stenen breken