Annie M.G. Schmidt

Zonder jou

De wereld is wonderlijk leeg zonder jou.
Er staat maar zo weinig meer in.
De hemel is aldoor zo hinderlijk blauw.
Waarom? Wat heeft het voor zin?
De merel zit zachtjes te zingen in ‘t groen.
Voor mij hoeft ie heus zo z’n best niet te doen.
De wereld kon vol van geluk zijn, maar nou:
leeg, zonder jou.

Dat zonder jou nog een lente bestaat
met ooievaars en met bloemen,
dat er een meidoorn in bruidstooi staat,
is zonder meer tactloos te noemen.
En wat is het nut van een lindenlaan,
als wij er samen niet langs kunnen gaan?
Langs alle heggetjes bloeit wilde roos
nutteloos, zinneloos.