Met jouw herboren tederheid:
Voor de ontgoochelde zijn alle
Verlokkingen verleden tijd!
Geloof in ’t woord heb ik verloren,
Geloof in liefde evenzeer,
En niet laat ik me nog een keer
Door ’n valse hersenschim bekoren!
Vererger niet mijn blind verdriet,
Breng wat geweest is niet ter sprake,
En stoor, jij die je druk wil maken,
De sluimer van de zieke niet!
Ik slaap, en zoet is mijn verlamming;
Maak je van oude dromen vrij:
Alleen maar opwinding en spanning,
Maar liefde niet, wek je bij mij.