Rogi Wieg (21 augustus 1962 – 15 juli 2015)

Ik schreef veel gedichten, 
maar ze deden niet anders 
dan het roven van tijd, ontwrichten 
wat ik anders had kunnen zeggen,

eenvoudiger, misschien doeltreffender,
en nu ik voldoende heb van alles,
doemen zij weer op, zij vechten zich
naar dat late licht, waarin ik schreef

dat ik uiteindelijk toch bleef houden
van die kleine tochten langs de kust,
van je hoofd met het knotje haar,
en van de treinen die ik voor grote

mogelijkheden hield, en die ik
aanbad, zoals ik jou heb aanbeden.
En alles wat tijd heeft gekost
onthult zich opnieuw, alles wordt
opnieuw een denkbeeld in dit gedicht